Mijn natuurlijke neiging is om me terug te trekken als er te veel drukte is. Bij te veel rumoer en prikkels is er overload. Alleen op mezelf voel ik me prima, ik vermaak me wel. Als kind kon ik tekenend al urenlang in mijn eigen universum vertoeven, tot mijn moeder zei dat het tijd was om buiten te spelen en werd ik voor mijn gevoel pardoes de deur uit gezet.
Reizen deed ik vroeger ook vaak alleen. Als je alleen reist moet je zelf in beweging komen anders gebeurt er niks. Ik moest elke dag zelf beslissen wat ik wilde doen. Hup de deur uit, op pad gaan en de wereld zien. Ik was immers op reis. Tijdens urenlange treinreizen en busritten was er nog genoeg tijd om te mijmeren.
Tempo bepalen vond ik het moeilijkste aan het alleen reizen. Want eenmaal gearriveerd op een plek was het alsof je eerst opnieuw moest terugkomen bij jezelf om van daaruit de omgeving te verkennen.
De tijd van reizen met de rugzak lijkt lang geleden. Nu met de kinderen kamperen we met de tent. Door tentkamperen begeven we ons in een kleine, vertraagde wereld, maar er zijn niet veel mogelijkheden om op jezelf te zijn.
Er is een nieuwe fase in mijn leven aangebroken, ik ben net gescheiden. Ik woon op een andere plek. Mijn nieuwe woning is als een veilige cocon voor mij en de kinderen. Ik mag ruimte maken voor verwerking en verdriet en probeer mijn energie te hervinden. Ik doe het best goed op mezelf. Maar alleen zijn, op mezelf zijn is anders dan me alleen voelen. In mijn relatie voelde ik me alleen… ik denk dat veel mensen zich alleen voelen in een relatie.
Een ander moment dat ik me alleen voelde was na het overlijden van mijn moeder. Voor ze stierf in 2016 belden we dagelijks met elkaar. Toen ze er niet meer was dacht ik: “Waar doe ik het allemaal voor, als mama niet meer kijkt?” Ik moest opnieuw mijn eigen intrinsieke motivatie aanboren, maar ook de liefde die ik ontving van mijn moeder moest ik nu aan mezelf blijven geven als het ware als zelfliefde.

Nu ben ik vader van twee kinderen net gescheiden en opnieuw op mezelf. De momenten dat de jongens niet bij me zijn, dat zijn de momenten dat ik me echt alleen voel. De gedachte dat ze het fijn hebben bij hun moeder troost me dan. Maar het blijft een onnatuurlijk gevoel. Ik vraag me af of ik dit alleen zijn kan aangaan. Of ik de tijd kan nemen om eerst bij mezelf terug te komen. Ik wil weten wie ik ben als single man, als alleenstaande vader. Ik ben nog niet klaar voor een nieuwe relatie. En ik merk dat dit nieuwe alleen zijn een blinde vlek heeft, ik ben op mijn hoede. Deze ‘me time’ wil ik bewaken. Want met mijn herwonnen vrijheid komen ook de verleidingen, meer drukte, meer onrust. Ik merk dat het moeilijker is om te mediteren. In de blinde vlek zitten de lastige emoties, de dingen die ik liever niet aanga.
Daar leef ik nu nog omheen en ik ben op mijn hoede dat ik deze blinde vlek niet opvul met mijn neiging om heel veel te werken. Te doen alsof ik me niet alleen voel door een te volle agenda. Ik ben nog onrustig en merk dat ik de momenten dat ik me alleen voel uit de weg ga. Ik zeg tegen mezelf dat urenlang mijmeren of dagdromen ook goed bestede tijd zijn… Maar het tempo vertragen om deze plek te verkennen dat is opnieuw lastig.
Geef een reactie